Reguliere Preterietwerkwoorden
de volgende les geeft een overzicht van de preteriettijd in het Spaans. Voor diepere studie hebben we meer diepgaande lessen die dit onderwerp behandelen, beginnend met Preterite vs Imperfect I en Preterite I.
de preterite tijd wordt gebruikt om te verwijzen naar acties die plaatsvonden op een vast punt in de tijd.
Ik belde om 1:00 uur.Llamé a la una.
De preteriettijd wordt ook gebruikt om te verwijzen naar acties in het verleden die een bepaald aantal keren werden uitgevoerd.
Ik heb u twee keer gebeld.te llamé dos veces.
De preteriettijd wordt ook gebruikt om te verwijzen naar acties die plaatsvonden tijdens een specifieke ingesloten periode.
hij woonde er 5 jaar.Él vivió allí por cinco años.
De preterite wordt ook gebruikt voor acties die deel uitmaken van een reeks gebeurtenissen.
Ik kocht een hoed, ging op een bank zitten en viel in slaap.Compré un sombrero, me senté en un banco y me dormí.
De preterite wordt ook gebruikt voor plotselinge stemmingswisselingen, gevoelens of meningen.
op dat moment was ik niet bang.en ese momento, no tuve miedo.
De preterite wordt vaak geassocieerd met zinnen die een bepaalde gelegenheid of een specifiek tijdsbestek aangeven.
gisteren
gisterengisterochtend
gistermiddag
gistermiddag
gisteren
eergisterenafgelopen nacht
vanaf de eerste keer
vanaf het eerste momentna
daarnagedurende de twee Centuriën
gedurende twee Centuriënvorig jaar
maandagavond
afgelopen maand
vorige maandeen andere dag
de andere dagin dit moment
op dat momentdan,
danvanochtend
dit ochtendesta tarde
deze middaghace dos días, años
Twee dagen, jaren geledenla semana pasada
vorige week
als de actie in het verleden is, en u kunt precies bepalen wanneer deze plaatsvond, of hoe vaak het gebeurde, dan zult u de preterite gebruiken.
regelmatige vormen van de preterite worden gevormd door de volgende uitgangen toe te voegen aan de stam van het werkwoord:
-ar werkwoorden | voorbeeld: praten |
---|---|
e aste of amos asteis aron |
spraken spraken spraken talk u sprak spraken |
-er werkwoorden, -ir werkwoorden | voorbeelden: eten, live |
---|---|
e iste t we isteis de schending |
comí comiste comió comimos comisteis comieron viví |
Leave a Reply