in het Engels zijn do and does flexie van het werkwoord te doen en kunnen twee functies hebben:

• hoofdwerkwoord te doen.
• hulpwerkwoord.

het verschil tussen het gebruik van do en het gebruik van does is dat:

• does: wordt gebruikt met de derde persoon enkelvoud (he, she en it);
• do: wordt gebruikt met de andere mensen (I, you, we ethey).

het hoofdwerkwoord, do en does zijn flexie van het werkwoord te doen en kan do, do, do, do of do betekenen.

voorbeelden:

• ik doe mijn oefeningen ‘ s ochtends. (Ik doe mijn oefeningen in de ochtend.)
• u doet uw oefeningen ‘ s ochtends. (Je doet je oefeningen in de ochtend/je doet je oefeningen in de ochtend.)
• hij doet zijn oefeningen in de ochtend. (Hij doet zijn oefeningen in de ochtend.)
• ze doet haar oefeningen in de ochtend. (Ze doet haar oefeningen in de ochtend.)
• We doen onze oefeningen in de ochtend. (We doen onze oefeningen in de ochtend.)
• u doet uw oefeningen ‘ s ochtends. (Je doet je oefeningen in de ochtend/je doet je oefeningen in de ochtend.)
• zij doen hun oefeningen ‘ s ochtends. (Ze doen hun oefeningen in de ochtend.)

laten we hieronder kijken naar de regels voor het gebruik van beide functies.

Do and does as main verb

als main verb, do and does zijn flexions of the verb to do.

wanneer gebruikt na een modaal werkwoord, wordt doen alleen gebruikt zoals doen, ongeacht het onderwerp van de zin.

voorbeelden:

• ik doe mijn huiswerk met de hulp van mijn broer. (Ik zal mijn huiswerk doen met de hulp van mijn broer.)
• zij moet de taken uitvoeren voordat haar baas arriveert. (Ze moest de klusjes doen voordat haar baas arriveerde.)

merk op dat in de voorbeelden hierboven, het werkwoord te doen werd gebruikt nadat de modale werkwoorden zullen en moeten.

zie ook:

• zou
• moeten gaan naar
• eenvoudige toekomstige
• Modale werkwoorden

in dit geval doen zelfs de zin waarvan ze het onderwerp gebruikt, en niet.

terwijl push-ups van TO do, do en does gebruikt kunnen worden in bevestigende, negatieve en vragende zinnen.

Do en does in bevestigende zinnen-hoofdwerkwoord

bekijk voorbeelden van bevestigende zinnen waar do en does flexies zijn van het hoofdwerkwoord om te doen.

voorbeelden:

• ze doet haar oefeningen ‘ s ochtends. (Ze doet haar oefeningen in de ochtend.)
• ik doe mijn huiswerk met de hulp van mijn broer. (Ik doe mijn huiswerk met de hulp van mijn broer.)

Do and does in vragende zinnen – hoofdwerkwoord

bekijk voorbeelden van zinnen in vragende vorm waar do and does flexies zijn van het hoofdwerkwoord om te doen.

voorbeelden:

• doet zij haar oefeningen ‘ s ochtends? (Doet ze haar oefeningen in de ochtend?)
• maakt u uw huiswerk met de hulp van uw broer? (Doe je je huiswerk met de hulp van je broer?)

do en does in negatieve zinnen-hoofdwerkwoord

bekijk voorbeelden van zinnen in negatieve vorm waar do en does zijn flexie van het hoofdwerkwoord te doen.

voorbeelden:

• ze doet haar oefeningen ‘ s ochtends niet. (Ze doet haar oefeningen niet in de ochtend.)
• ik doe mijn huiswerk niet met de hulp van mijn broer. (Ik doe mijn huiswerk niet met de hulp van mijn broer.)

in de voorbeelden van negatieve en vragende zinnen, merk op dat alleen de vetgedrukte vormen hoofdwerkwoorden zijn.

de andere gevallen van do en does zijn hulpwerkwoorden.

belangrijk

in vragende zinnen en in negatieve zinnen kan alleen do (en niet doe) als hoofdwerkwoord worden gebruikt.

de constructie van de zin wordt gedaan met het hoofdwerkwoord in de infinitief (doen) zonder de aan. Binnenkort wordt do gebruikt.

Do en doet als hulpwerkwoord

als hulpwerkwoord, do en doet worden gebruikt wanneer we een vraag willen stellen of wanneer we een zin willen construeren in de negatieve vorm van eenvoudig heden.

wanneer ze de functie van hulpfunctionaris uitvoeren, hebben ze en hebben ze geen specifieke betekenis.

de Betekenis van elk van hen wordt bepaald door het hoofdwerkwoord dat hen vergezelt.

net als met doen als het hoofdwerkwoord, kunnen de doe-en doe-hulpmiddelen ook worden gebruikt in bevestigende, negatieve en vragende zinnen.

Do en doet in bevestigende zinnen-hulpwerkwoord

do en doet hulpmiddelen worden alleen gebruikt in bevestigende zinnen om korte antwoorden te vormen.

voorbeelden:

• ” houdt u van rockmuziek?”Ja, dat doe ik.”(“Hou je van rock?”Ja, Ik vind het leuk.”)
• ” heeft ze een zus?”Ja, dat doet ze.”(“Heeft ze een zus?”Ja, dat doet het.”)

do en does in negatieve zinnen – hulpwerkwoord

bekijk voorbeelden van zinnen in negatieve vorm waar do en does hulpwerkwoorden zijn.

voorbeelden:

• hij houdt niet van chocolade. (Hij houdt niet van chocolade.)
• ik versta geen Chinees. (Ik begrijp geen Chinees.)

belangrijk

wanneer do en does worden gebruikt als hulpwerkwoord, wordt het hoofdwerkwoord gebruikt in de infinitief zonder de aan.

merk op dat de infinitief van de belangrijkste werkwoorden van de bovenstaande voorbeelden respectievelijk leuk en te begrijpen zijn.

in beide zinnen werd de TO niet gebruikt, dat wil zeggen, de infinitief werd gebruikt zonder de to.

De do not and does not formulieren gebruikt in negatieve zinnen kunnen ook worden geschreven in de gecontracteerde vorm:

• Do not = don ’t
• Does not = doesn’ t

voorbeelden:

• hij houdt niet van chocolade. (Hij houdt niet van chocolade.)
• ik versta geen Chinees. (Ik begrijp geen Chinees.)

we gebruiken do en does ook in korte negatieve reacties:

voorbeelden:

• ” hou je van rockmuziek?”Nee, dat doe ik niet.” (“hou je van rock?”Nee, Ik vind het niet leuk.”)
• ” heeft ze een zus?”Nee, dat doet ze niet.”(“Heeft ze een zus?”Nee, dat doet het niet.”)

Do and does in vragende zinnen – hulpwerkwoord

bekijk voorbeelden van zinnen in vragende vorm waar do en does hulpwerkwoorden zijn.

• studeert ze Engels op zaterdag? (Studeert ze Engels op zaterdag?)
• reizen ze elk jaar? (Reizen ze elk jaar?)

belangrijk

in vragende vorm worden do en does gebruikt als hulpwerkwoord en het hoofdwerkwoord wordt gebruikt in de infinitief zonder de aan.

zie dat de infinitief van de belangrijkste werkwoorden van de bovenstaande voorbeelden respectievelijk studeren en reizen zijn.

in beide zinnen werd de TO niet gebruikt, dat wil zeggen, de infinitief werd gebruikt zonder de to.

video

bekijk de video hieronder voor meer informatie over het gebruik van do en does.

Exercícios

Faça os exercícios abaixo e teste seus conhecimentos sobre o uso de do e does:

I. (UFPB) ____________ Beatty meestal ____________ wat ze wil?

a) Do/get
b) doet/gets
c) doet/get
d) was/got
e) is/got

II. WE _____________ ga naar de kerk op woensdag.

a) aren ’t
b) weren’ t
c) was ’t
d) doesn’ t
E) don ’t

III. “______ they _ _ _ _ _ the dishes to help their parents?”

” Ja, ze _______.”

a) Does – wash – do
b) doe – wash – do
c) Does – wash – do
d) Doe – wash – do
e) Does – wash – does

IV. hij denkt dat hij _ _ _ _ _ _ _ _ _ wil wat hij wil.

a) do
b) do
C) do not
d) do not
E) don ‘ t

V. de kinderen _________ hun huiswerk zodra ze thuis komen.

a) doet
b) doet
c) niet
d) doet niet
e) niet

bijgewerkt op 11 September 2019